Alle gewrichten kunnen aangetast worden door artrose. Dus ook de gewrichten in de nek. Deze vorm van artrose wordt ook wel cervicale spondylartrose genoemd en verwijst specifiek naar artrose van de kleine gewrichtjes – facetgewrichten – in de nek. Daarnaast bestaat er de zogenaamde cervicale spondylose. Hiermee wordt een algehele veroudering en slijtage van niet alleen de facetgewrichtjes, maar ook van de tussenwervelschijven, de wervellichamen en de banden eromheen, bedoeld. Een verzamelnaam dus eigenlijk voor meerdere aandoeningen.
De nekwervels vormen het bovenste deel van de wervelkolom. Tussen twee afzonderlijke wervels is steeds een tussenwervelschijf geplaatst. Deze bestaat uit een ring van vlezig kraakbeen met in het midden een gelei-achtige kern. Deze elastische tussenwervelschijven fungeren als een soort van schokdemper die de impact van bewegingen absorbeert, maar maken de wervelkolom ook mobiel door hun verende eigenschappen. Nekwervels zijn zeer flexibel. Ze maken het mogelijk om het hoofd naar voren, naar achteren of zijwaarts te buigen. De talrijke spieren en banden rondom de nekwervels houden de nek stabiel tijdens het bewegen.
Bij het ouder worden kunnen de tussenwervelschijven gaan slijten. Daardoor ontstaan er kleine uitsteeksels in het bot – osteofyten genoemd – die druk kunnen uitoefenen op de zenuwbanen.
De eerste symptomen van nekslijtage zijn pijn en stijfheid, hoofdpijn, pijn in de schouders en armen en het niet kunnen buigen of draaien van de nek. In een gevorderd stadium kunnen de osteofyten ook gaan drukken op het ruggenmerg en de uittredende zenuwen naar de armen. Daardoor kunnen tintelingen, gevoelloosheid en verminderde kracht in armen, handen, benen en voeten optreden. In ernstige gevallen kan cervicale artrose ook leiden tot coördinatieproblemen, abnormale reflexen en spierspasmen. Een veelvoorkomende klacht is ook een schietende pijn in één of beide schouders of armen. De klachten van cervicale artrose kunnen overigens soms op die van een nekhernia lijken.
De diagnose cervicale artrose kan door een arts worden gesteld door middel van een röntgenfoto. Soms is een CT-scan of MRI-scan nodig om de ernst van de slijtage vast te stellen. De nek voldoende rust geven, is één van de belangrijkste adviezen bij cervicale artrose. Daarnaast kunnen ontstekingsremmende medicijnen door de arts worden voorgeschreven om de pijn onder controle te krijgen. Vaak zal de behandelend arts de patiënt ook doorverwijzen naar een fysiotherapeut.
Bij cervicale artrose is het wel belangrijk om de nek in beweging te houden. Door regelmatig oefeningen te doen, hou je de nekwervels beweeglijk en soepel. Spierversterkende oefeningen zijn vooral gericht op het stabiel houden van de nekspieren, waardoor ze de ondersteunde taken beter kunnen uitvoeren. Je kunt oefenen met een fysiotherapeut of gebruik maken van Fysio Fitness. Ook een EMTT behandeling kan worden overwogen.